Op 10 maart 1936 wordt de nieuwe Petruskerk door Mgr Huibers gewijd
De oude Sint Petruskerk aan de Langebrug, gebouwd in 1832, wordt in 1933 verwoest door brand
De Nieuwe Petruskerk / The New St. Peter's Church
(Lammenschansweg 40A) : De oude Sint Petruskerk stond aan de Langebrug. Die was daar gebouwd in 1832 na een hoop weerstand van de protestanten en het stadsbestuur. In 1933 wordt die verwoest door brand. English follows the Dutch text
De parochianen gaan dan naar de Heilige Lodewijkkerk aan de Steenschuur. Dat duurt drie jaar. De herbouw van de kerk is geen aantrekkelijke optie en nieuwbouw op die plek evenmin. Het bestuur wint advies in bij A.J.Kropholler en H. van Oerle. Zij krijgen de opdracht om de kerk te bouwen in het nieuwe gebied bij de stadsuitbreiding naar het zuiden.
Het wordt een groot project. Naast de kerk bouwen zij een pastorie en 70 huizen daaromheen in de stijl van de Delftse school. De kerk is gebouwd voor 1400 mensen. Pastoor Beukers stond aan het roer bij de bouw en hij heeft nog tot 1954 gediend als pastoor. Op 10 maart 1936 wordt de kerk gewijd door Mgr Huibers.
De parochianen waren niet zo blij met de kerk. Ze vonden de kerk te ver weg en te kaal. Men klaagde in de stad over de afstand. Ze moesten naar ‘die hooizolder in de polder’. De oude kerk aan de Langebrug was bescheidener van omvang en rijker gedecoreerd.
Het wordt toch een levendige parochie. De kerk komt de oorlog goed door en heeft geen schade door bombardementen. In oorlogstijd waren de kerstmissen heel mooi, er was weliswaar geen licht en geen verwarming. Dus er moest creatief gewerkt worden, met koplampen van auto’s en kaarsen en een klein harmonium.
De klokken worden in 1943 geroofd door de Duitsers. Pas in 1947 worden die vervangen.
De kerk vervulde een belangrijke rol voor de gemeenschap, bijvoorbeeld een mis om een 50-jarig huwelijk te vieren. De misdienaars kwamen uiteraard ook uit de wijk en waren vervuld van trots. In het verleden werd er ook de heilige mis gevierd voor de mannen die naar het seminarie gingen en priester werden. Tegenwoordig kun je niet meer in de parochie gewijd worden. Je bent immers priester voor het bisdom en niet voor de parochie.
De koren zijn niet alleen belangrijk voor de missen, maar ook als bouwstenen van de parochie. Ze leiden als club vaak een eigen bestaan met repetities, uitstapjes en contacten met andere koren in andere parochies. In 2005 fuseert het herenkoor met het dameskoor, er wordt nu ook in bestuurlijke zin samen opgetrokken.
De rangen en standen kwamen ook terug in de kerk. De voorste plaatsen waren voor de mensen die dat konden betalen. Men betaalde per kwartaal. Iedereen had een vast nummer. Ook de uitvaarten waren onderverdeeld in 1e, 2e 3e en 4e klasse. Die klasse bepaalde de hoeveelheid zilver en de zwarte banen in de kerk.
Trouwerijen hadden ook verschillende niveaus. De klassenverschillen zijn nu verdwenen bij uitvaarten en trouwerijen.
In de pastorie aan de achterzijde van de kerk woonden vroeger de pastoor, vier kapelaans en de huishoudster. Zij vormden een kleine leefgemeenschap. De huishoudster zorgde voor orde en regelmaat. En er was een mevrouw werkzaam voor de ledenadministratie en de actie Kerkbalans. Nu is de pastorie verdeeld in appartementen.
Uiteraard was er ook katholiek onderwijs in de wijk. De rooms katholieke Barbaraschool was eerst gelegen aan het Levendaal met een dependance aan de Lorentzkade. De school bestond uit een gemengde kleuterschool, een lagere school en de MULO school voor meisjes. Daarnaast had je de R.K. Don Bosco school voor jongens op de Franchimontlaan. In 1955 werd de Josephschool gesticht. Begin jaren tachtig werd de Franchimontlaan gesloten.
Misschien is dat nu moeilijk te geloven, maar iedereen ging ook naar sport- en jongerenclubs speciaal voor de katholieken: Voetbalvereniging DOCOS, gymnastiekvereniging Groen Wit, de scouting bij de Lodewijksgroep en de tennisvereniging Unicum. Voor de meisjes waren er daarnaast De Mariacongregatie, meisjesvereniging De Graal en het Vrouwengilde. En tot slot was de krant ook katholiek: De R.K. Leidsche Courant , die in 1992 opgeheven werd.
In de vakantie gingen de leden van de Club de Limetz naar Frankrijk naar het dorp Limets. Ze bleven daar een week en hielpen met het opknappen van de kerk, speelden toneel en namen deel aan de dorpsfeesten. Ook die club zorgde voor verbinding in de parochie.
(Bron: ‘De Sint Petrus in de Sleutelstad, 75 jaar Sint Petrusparochie 1936-2011’)
The New St. Peter's Church (Lammenschansweg 40A) The old St. Peter's Church stood on the Langebrug. It was built there in 1832 after much resistance from Protestants and the city council. In 1933, it was destroyed by fire. The parishioners then moved to the Holy Lodewijk Church on the Steenschuur. This took three years. Rebuilding the church was not an attractive option, nor was new construction on that site. The council sought advice from A.J. Kroppholler and H. van Oerle. They were commissioned to build the church in the new area surrounding the city's southward expansion. It proved to be a major project. In addition to the church, they built a parsonage and 70 houses around it in the style of the Delft School. The church was built to accommodate 1,400 people. Father Beukers oversaw the construction and served as pastor until 1954. On March 10, 1936, the church was consecrated by Mgr. Huibers. The parishioners were not very pleased with the church. They found it too far away and too bare. People in the city complained about the distance. They had to go to "that hayloft in the polder." The old church on Langebrug was more modest in size and more ornately decorated. It nevertheless became a lively parish. The church survived the war well and suffered no damage from bombing. The Christmas services were beautiful during the war, although there was no light or heating. So creative arrangements had to be made, using car headlights, candles, and a small harmonium. The bells were stolen by the Germans in 1943. They were not replaced until 1947. The church played an important role in the community, for example, hosting a mass to celebrate a 50th wedding anniversary. The altar servers, of course, also came from the neighborhood and were filled with pride. In the past, Holy Mass was also celebrated for men who attended seminary and became priests. Nowadays, you can no longer be ordained in the parish. After all, you are a priest for the diocese, not for the parish. The choirs are important not only for the Masses but also as building blocks of the parish. As a club, they often have their own existence with rehearsals, outings, and contacts with other choirs in other parishes. In 2005, the men's choir merged with the women's choir, and they now also work together administratively. Ranks and positions were also reflected in the church. The front seats were for those who could afford them. Fees were paid quarterly. Everyone had a fixed number. Funerals were also divided into 1st, 2nd, 3rd, and 4th class. This class determined the amount of silver and black bands in the church. Weddings also had different levels. Class distinctions have now disappeared at funerals and weddings. The rectory at the rear of the church used to house the pastor, four chaplains, and the housekeeper. They formed a small community. The housekeeper maintained order and regularity. There was also a woman who managed the membership administration and the Church Balance campaign. The rectory has now been divided into apartments. Naturally, there was also Catholic education in the neighborhood. The Roman Catholic Barbara School was originally located on Levendaal, with an annex on Lorentzkade. The school consisted of a mixed nursery school, a primary school, and a MULO school for girls. There was also the Roman Catholic Don Bosco School for boys on Franchimontlaan. The Joseph School was founded in 1955. Franchimontlaan closed in the early 1980s. It may be hard to believe now, but everyone also attended sports and youth clubs specifically for Catholics: the DOCOS football club, the Groen Wit gymnastics club, the scouts at the Lodewijksgroep, and the Unicum tennis club. For the girls, there was also the Marian Congregation, the girls' association De Graal, and the Women's Guild. Finally, there was also a Catholic newspaper: De R.K. Leidsche Courant, which was closed in 1992. During the holidays, members of the Club de Limetz traveled to France, to the village of Limets. They stayed there for a week and helped renovate the church, performed plays, and participated in village festivals. This club also fostered solidarity within the parish.
(Source: ‘De Sint Petrus in de Sleutelstad, 75 years of Sint Petrusparochie 1936-2011’)